Van Droom naar Roadbook:
Hoe een Gehaaste Reisvoorbereiding Me de Beste Tip Ooit Gaf
Of hoe een GPT, een vriendin-met-verrassende-skills en een roadbook mijn reis redde
Soms lopen de dingen anders dan gepland. Heel vaak, zelfs. Jarenlang was mijn reisvoorbereiding bijna een heilig ritueel. Kaarten uitvouwen op tafel, satellietbeelden napluizen tot ik de schaduwen van bomen kon herkennen, notitieboekjes volkrabbelen met ‘hier móét ik naartoe’-plekken. Die voorbereiding wás mijn voorpret.
Maar 2025? Die dacht daar anders over. Een nieuwe job, meer verantwoordelijkheden, en cursussen waar je echt niet onderuit komt. De tijd die normaal naar mijn routes ging, werd opgeslokt door meetings, managementtermen en koffie die steevast te snel koud werd.
En jij? Jij denkt je hebt toch You- tube en instagram toch en ja met iemand ooit met 20000volgers weet ik ook waarom ik nu anders post op insta! : “Iedereen reist tegenwoordig op gevoel.” Maar al snel besef je: veel beeld, weinig inhoud. Achter de perfecte plaatjes schuilt vaak geen praktisch plan. En zo reed ik — voor het eerst — met een gevoel van onvoorbereid zijn richting avontuur.
(btw instagram en youtube waren voor mij een harde leerschool waar ik nu mee moet leren leven foute aankoop met een emu-old man suspension een veel te zware alu-cap terwijl mijn eerste setup 150 kg lichter wasà maar ook nog te fel insta like aparatuur aan boord)
Gelukkig, zoals dat gaat, ontmoet je onderweg de juiste mensen. En nu met een nog maar een magere 10 jaar ervaring en 200000km later.. En zo onderweg ontdekte ik Vibraction.
De Onverwachte Lifeline:
Vibraction’s Roadbooks en de Community Die Alles Weet
Vibraction bleek geen gewoon roadbook-aanbiedertje. Nee, dit zijn mensen met modder in hun aderen. Ze maken routes voor en door overlanders: GPS-track én gedrukt boek, boordevol details, bezienswaardigheden, én een community die sneller info deelt dan het journaal kan bijbenen. Van bosbranden tot afgesloten bergpassen – je hoort het via hen eerst.
En dus kocht ik, met een klein schuldgevoel als ex-DIY-planner, mijn eerste boekenset: de legendarische Traverse Intégrale.
Wat is die Traverse Intégrale nu écht?
Denk aan een roadtrip door een levende ansichtkaart, met extra stof in je gezicht.
De Traverse Intégrale is een tweeluik voor offroadliefhebbers, een rit van kust tot bergtop, van de Catalaanse mimosageur tot de ruige woestijnvlaktes van Aragón. En jawel, je rijdt letterlijk langs vulkanen, kliffen, kloosters, cowboylandschappen en een landschap dat ergens tussen Lord of the Rings en Mad Max in zit.
Deel 1: Catalonië, groene longen en lavasteen
Je start in Collioure, waar de zee nog zachtjes ruist tegen de havenmuur. Daarna is het de berg op, tussen wijngaarden, bloeiende mimosa en de kruidige geur van garrigue. Je rijdt de Garrotxa in, een regio met sluimerende vulkanen en verstilde dorpjes waar de tijd stiller staat dan de kerkklokken.
Op naar de Sierra del Cadí, waar je de 2000 meter-grens aantikt, met uitzichten die je longen nog eens extra vullen – al was het maar om je adem terug te vinden.
Deel 2: Aragón, stof, ruïnes en tafelbergen
Vanaf daar wordt het stoffig. De paden slingeren Aragón in, waar het landschap in westernmodus schiet. Okerkleurige rotswanden, verlaten dorpjes, kastelen die elk moment kunnen instorten – of net niet.
Je rijdt langs de kloofrijke Sierra de Guara, pauzeert in het adembenemende Alquézar, en zwiert via Loarre, Riglos en Agüero langs bizarre rotstorens vol zwevende gieren.
Finale? De Bardenas Reales – een halfwoestijn waar de aarde geëxperimenteerd heeft met vormen: tafels, schoorstenen, ravijnen.
Je klimt tot slot weer omhoog, via het dichte Iraty-bos in het Baskenland, richting Saint-Jean-Pied-de-Port, waar pelgrims je begroeten terwijl jij er als een stoffige bergpiraat aankomt.
Het Dreamteam: Hilux, Co-Piloot & Slimme GPT
Alles was in het Frans. Fijn voor croissants, minder voor een vlotte navigatie toch voor mij als Nederlandstalige en mijn frans…dat is eerder beperkt. Dus maakte ik mijn eigen GPT – eentje die de info uit het boek vertaalde én mij per waypoint de juiste pagina in het boek gaf. Ja, ik weet het, nerd-alert, maar wát een verademing.
En dan was er mijn vriendin. Normaal hoeft zij alleen maar te genieten, ze maakt graag wat foto’s met haar gsm (waar ze jaar erna wel wekelijks door bladerd en lachend naar terug kijkt fier op haar zelf dat ze een stukje van de wereld heeft gezien)…. en af en toe eens vragen of ik al weet waar we slapen. Maar nu? Ze transformeerde van passagier tot co-piloot en dit zonder enige kennis. Terwijl ik me focuste op de route, hield zij updates in de gaten, zocht tankstations, en stuurde bij wanneer de piste toch iets te avontuurlijk werd.
Met de combinatie van haar, het boek, de GPS en mijn slimme assistent had ik eigenlijk een heel team aan boord. En eerlijk? Ze was een betere back-up dan m’n recovery gear.
Kleine Waarschuwing voor Medereizigers
Voor de overlanders onder ons: het boek is elke euro waard. Maar onderschat de route niet. Vooral RB5, waar ik zelf op zat, heeft een pittig profiel. Deel 1 is relatief vriendelijk, maar deel 2…
Ik heb mensen horen zeggen: “We deden het met een gewone VW-bus.” Misschien. Twee jaar geleden. Nu? Zelfs met mijn verhoogde Hilux (2 inch lift, plus 1 inch via banden) raakte ik soms de bodem. En geloof me: die bodem lacht niet terug.
Dus nee, ik speel geen belerende ranger, maar wees voorbereid. Die paden zijn populair én zwaar gebruikt. En wie weet zijn de washouts volgend jaar beter… maar als je dit leest om te plannen, weet: avontuur vraagt respect.
En nu: Dag 1
Tien dagen lang reed ik de route. Ik probeer hier zoveel mogelijk te delen: hoe het terrein was, wat wél en niet haalbaar is met camper of motor, en waar je best even pauzeert (of beter omkeert).
Dus, maak je klaar. Dag 1 komt eraan – en die begint, zoals dat hoort, met een eerste b
De Route van Chaos naar de Catalaanse Hemel: Waarom Dag 1 Mij Bijna de Cel in Hielp…
Dag 1. De start van een epische roadbook reis. Je zou verwachten: serene ochtend, perfecte koffie, soepel vertrek. De realiteit? Een zenuwslopend lesje in de Franse toeristenpsychologie en een diepe duik in het concept van ‘eigenwijs is ook wijs’.
Onze nacht begon verrassend goed op ‘Camping La Sardane‘. En dat is een compliment, want ik ben doorgaans allergisch voor mega-campings. Maar deze plek? Betaalbaar (behoort tot de goedkoopste campings die we op de piste zijn tegegenkomen en bij de betere, eerlijk in hoogseizoen weet ik niet of ik hier wil zijn maar in September was het perfect!), kraaknet, elke avond een themadiner (van Marokkaanse tajine tot verse zeevisser), en een receptie-dame die ons met een geruststellende ‘rij maar binnen, we regelen het later wel’ verwelkomde. Dat is service met een glimlach. En ja, de wijn in de campingshop was ook niet te duur. Kortom: een zeldzame, vijfsterren-mega-camping-ervaring.
De Franse Woede en de Onhandige Toerist
Toen begon de reis pas écht. Onze officiële start: Port-Vendres in Collioure. Helaas, of misschien gelukkig, was het daar onmogelijk druk, een krioelende mierennest van toerisme. Geen parkeerplek te vinden….te veel toeristen en zoals je weet ik hou niet zo van TE toeristisch.
Terwijl ik op de mini parking bij een restaurant, Relais des Trois Mas, draaide en de navigatie probeerde te finetunen, dook plots de uitbaatster op. Of liever: ze stormde naar buiten, met meer vuur dan haar fornuis ooit heeft gezien. Ze vond het “onbeleefd” dat ik daar geparkeerd stond, en mijn draaiende motor kon duidelijk ook niet op haar sympathie rekenen. Het was half tien ’s ochtends, de tent was nog gesloten, maar mijn motor draaide. En dat was blijkbaar voldoende reden voor een vroege ochtend-tirade.
Mijn innerlijke Jerre nam het over. In plaats van weg te rijden, stapte ik uit. Met de houding van de meest onhandige, sarcastische toerist ter wereld, verontschuldigde ik me breed lachend.
“Oh, Madame, mijn oprechte excuses! … “je ne comprand pas”… Ik wilde echt maar drie minuutjes mijn GPS instellen voordat ik veilig de weg op kon. Maar aangezien u de discussie zo graag wilde voeren, kom ik met plezier uit mijn wagen om uw gepassioneerde argumenten aan te horen.”
Terwijl ze de discussie voortzette – mijn beperkte Frans bleek een zegen, want zo kon ik me concentreren op haar lichaamstaal – haalde ik doodleuk mijn fototoestel uit mijn tas. “En als ik dan toch buiten sta, kan ik net zo goed even een paar foto’s van de haven maken, toch?” Ze dreigde met de politie, waarop ik vroeg of we dan beter op haar parkeerplaats konden wachten…. Ze gaf geen antwoord, draaide zich resoluut om, en haastte zich naar binnen. Ik denk dat de vuren binnen haar vuur riepen. Zelfs mijn vriendin, die normaal sneller op haar paard zit dan een cowboy met haast, keek verbaasd toe. Soms werkt de techniek van de onnozele, maar beleefde, toerist beter dan agressie.
kleine site note: het restaurant, of liever, de parking, heeft wel een uitstekende strategische ligging voor het finetunen van navigatie, en het eten schijnt volgens de lokale overleveringen (en nu ja, ook online reviews) fenomenaal te zijn dat niet alleen, het zicht ook!!!!
Het is niet omwille van de vroege ochtend-opera die ik mocht aanhoren dat je er moet wegblijven. We zijn allemaal mensen en iedereen heeft eens een mindere dag – de hare begon blijkbaar met mij op haar parking van 3 voertuigen groot. Hier werken mensen van vlees en bloed die ook elke dag boterhammetjes op de tafel moeten brengen. Al vrees ik dat de Bazin in kwestie haar boterhammetjes misschien belegt met dynamiet en een gezonde dosis ochtendhumeur.(oeps nu stook ik het vuur weer op)
En moest je er ooit gaan eten, vertel hun dan gewoon dat je het restaurant hebt leren kennen via Jerre, en dat als het eten ook maar half zo vurig is als het temperament van de Bazin, het zonder twijfel Michelin-sterren voor passie verdient! Vraag misschien wel preventief of je de GPS nog mag finetunen na het dessert.
maar goed mijn GPS is ingesteld. Tijd om te gaan!
De Pyreneeën Roepen: Eigenwijs is Soms Wijs
De route slingerde ons omhoog door de heuvels, weg van de drukte. De smalle wegen boden prachtige doorkijkjes op Collioure. De sfeer veranderde van gehaast en gestrest naar rustgevend en avontuurlijk.
Onze ochtend opera hadden we nog maar net verwerkt of we kwamen ouder koppel tegen. Bezorgd stopten ze ons: we konden niet door was hun openings zin. De wijnoogst was bezig, en grote vrachtwagens (lees later 2 camionetjes) blokkeerden de smalle wegen. De man werd zichtbaar kwaad toen ik zei om toch even een kijkje te gaan nemen, des noods reed ik wel achterwaarts terug. Hij riep dat ik zou moeten keren. Helaas, ik ben in het verleden al te vaak omgekeerd op basis van onjuiste adviezen.
Mijn buikgevoel, dat zeldzame kompas in het onbekende, zei iets anders. Ik bedankte hun het sussen-de-vrouw-en-boze-man-duo en reed verder.
En jawel hoor een paar bochten verder stond er inderdaad. Ter plaatse stond een kleine lader op het pad, maar met een gebaar konden de vriendelijke wijnplukkers me laten weten dat ik de lader even aan de kant mocht zetten. Geen drama, geen blokkade, gewoon een beleefde vraag. Soms moet je je eigen weg kiezen, ook al staat een boze Fransman met je te discussiëren.
Vervolgens kwamen we langs de Mirador de Madeloc. Dit is de voorpost van een oude wachttoren boven op een berg, die een spectaculair 360-graden uitzicht biedt over de Côte Vermeille en de Pyreneeën – de perfecte plek voor een eerste adempauze.
De off-road pistes leidden ons de Franse grens over, rechtstreeks Spanje in. We kuierden over gravel en zand, lunchten in het parkje van het charmante Cantallops, en reden vervolgens via een prachtige route langs Finca de Requesens. Dit was een van de mooiste stukken van de dag! Het hoogtepunt van dit pad eindigde bij Santa Maria de Requesens—en ja, wees niet verbaasd als je hier en daar daarna en de volgende dagen een militair domein doorkruist. Je bent hier in het ruigere grensgebied. Ideaal trainingsgebied voor deze mannen…
De Gouden Zonsondergang en de Geheime Route
Hoogtepunten volgden elkaar snel op. De Ermita de Palau Segle XIII, een prachtig romaans kapelletje uit de 13e eeuw, was even een moment van verstilling.
Daarna stopten we in het kleine, ontvolkende dorpje Albanyà (minder dan 150 zielen). Vanaf hier heb je een prachtige doorgang naar het natuurgebied van de Alta Garrotxa (puur, ruig Catalonië!). Helaas is de weg voor auto’s in de zomer gesloten voor natuurbescherming (een beetje zonde, maar begrijpelijk), al is de weg in de omgekeerde richting soms wel open. (vreemd)(dit heeft eerder te maken omdat gewoon onmogelijk is alle kleine wegen af te sluiten.
Maar de echte winnaar van de dag? Sant Andreu de Gitarriu. Via alta garrotxa word je plots van het pad afgeleid…een geheime weg…
We arriveerden net op tijd voor een gouden zonsondergang over de Alpen. Wauw. De lucht leek in brand te staan, de bergtoppen gloeiden. Hier ontmoetten we een Amerikaanse vrouw die een paar jaren geleden was verhuisd, en wiens moeder haar was gevolgd om de politieke waanzin (lees: de Trump-jaren) te ontvluchten. Ze woonden op een paar honderd meter van het kerkje.
Terwijl ik naar beneden reed, dacht ik: als zij naar hun werk moeten, zijn ze 30 minuten bezig om überhaupt de hoofdweg te bereiken. Dit is echt het einde van de wereld! Maar het goede nieuws: je kunt met een mini-camper of gewone auto (mits aangepaste snelheid) bij dit kerkje komen. Een echte hidden gem. let wel op je mag hier niet overnachten respecteer dit gewoon. Vraag het amerikaans gezin of je op hun gras mag parkeren voor een paar euro. Wij zijn door gereden naar Pont de LLierca

Het laatste licht bood nog een mooi shot van de Pont de Llierca. Dit is een perfect bewaarde, middeleeuwse Romeinse brug die elegant over de rivier spant – de kers op de taart van een lange dag.
We waren echter wel te laat voor de camping. Om 19:15 uur kwamen we aan bij Camping de Montagut, dat al gesloten was om 19 uur. Een belletje naar de eigenaar leverde de geruststellende Spaanse nonchalance op: “Parkeer maar, we regelen de rest morgenochtend.” De camping is prachtig, rustig en perfect gepositioneerd, net buiten de piste. Van hieruit kon ik de volgende ochtend nog is in vijf minuten naar de Pont de Llierca wandelen om mijn foto’s met het mooiste ochtendlicht te maken. Al had ik me hiervoor verslapen.
Dag 1: van Franse woede-management tot Catalaanse zonsondergangen. De toon is gezet.
maar de camping was niet alleen proper maar ook een ideale uitvals basis om nog meers moois net buite de piste te bezoeken. Waarover volgende keer meer
NERDY DEEPDIVE IN DAG 1
Nu je de belevingen van onze eerste dag hebt opgesnoven—stof in je neus, zon op je gezicht —wordt het tijd voor iets waar geen enkele avontuurlijke dag zonder kan: een stevige nerdy deep dive. Want zeg nou zelf, wat is een reisverhaal zonder een paar historische voetnoten, verborgen weetjes en dat tikkeltje obsessieve detailplezier? We trappen af met Collioure, een dorpje dat je niet zomaar passeert tenzij je zoals mij bent.
Collioure
Het stadje Collioure, het charmante kustdorp waar de Pyreneeën de zee raken en de Catalaanse flair in elke straat voelbaar is. Dit was niet alleen het beginpunt van onze Traverse Est, maar ook een historisch en culinair juweel aan de Côte Vermeille.
Rond 1905 legden Matisse en Derain hier de basis van het Fauvisme, geïnspireerd door het felle licht, de kleurrijke haven en de iconische vuurtorenklokkentoren van de Notre-Dame-des-Anges. Het imposante Château Royal, ooit zomerresidentie van de koningen van Mallorca, bewaakt al eeuwen de baai. Collioure wisselde geregeld van handen tussen Frankrijk en Spanje, tot het eind 17e eeuw definitief Frans werd.
Ook culinair is het een parel. Collioure is wereldberoemd om zijn ansjovis, nog steeds ambachtelijk bereid door slechts twee families (Roque en Desclaux). Daarnaast proef je hier cargolada (gegrilde slakjes), Catalaans lam, crème catalane, en — tot mijn eigen verrassing — af en toe een zoete opera bij de koffie . De AOC Collioure-wijnen danken hun krachtige karakter aan zonovergoten terraswijngaarden en de frisse Tramontane-wind. Een Grenache rouge of een frisse Grenache gris mag je hier echt niet missen.
In de Rue Berthelot vind je traditionele croquants, nog met de hand gemaakt, en iets hogerop staat de 14e-eeuwse olijfolie-molen nog altijd in werking — een glimp van Collioures levendige ambachtstraditie.
Toch moet ik eerlijk bekennen: ondanks al dat moois vonden wij de sfeer ter plekke iets minder charmant. Door zijn ligging en het altijd stralende weer is Collioure extreem toeristisch geworden. Zelfs in de ochtend stonden auto’s al in de rij voor een parkeerplek. Het was druk, vol en chaotisch — zó erg dat we besloten hebben er niets te bezoeken en liever snel de rust elders opzochten. Collioure is klein van formaat, groots in karakter… maar ook niet zonder zijn keerzijde.
Mirador de Madeloc.
our Madeloc & Mirador
Wachttoren of wachtdroom?
De Tour Madeloc, gebouwd in 1285 door Jacques II van Mallorca, troont op 656 meter boven zee als middeleeuwse waarnemingspost. Ooit onderdeel van een netwerk van signaaltorens in de Albères, gebruikte men hier optische telegrafie om vijanden te spotten nog voor die beseften dat ze vijanden waren. Vandaag is de toren vooral een oriëntatiepunt en droomlocatie voor panorama’s over Collioure, Port-Vendres, Banyuls en de hele Côte Vermeille.
Maar wij lieten het laatste steile stuk naar de toren links liggen. Niet uit gemak, maar omdat de mirador al een verrassend alternatief was. De Mirador de Madeloc. Minder bekend, maar minstens zo spectaculair.
Vanaf dit uitkijkplateau, naast een verweerde ruïne (mogelijk een oude kazerne of opslag), ontvouwt zich een 360° uitzicht dat je stil maakt: zonovergoten wijngaarden van Banyuls en Collioure uitrollen als een groen tapijt, richting de zee, … en ja de Pyreneeën doemen op, en ergens daarachter lonkt Spanje.
We parkeerden onze truck in de schaduw van die paar bomen die aanwezig waren, ademden de rust in – en waren blij met de keuze. Met een terreinwagen of stevige motor is het puur genieten deze streek met zijn smalle wegen. Mits je remmen meewerken.
Kortom: de toren is indrukwekkend, maar soms ligt het mooiste uitzicht net vóór het eindpunt.
Santa Maria de Requesens
Een vergeten kerk met een duizendjarige adem
In de uitlopers van het Albera-massief, op Catalaanse bodem niet ver van de Franse grens, ligt Santa Maria de Requesens. Wat ooit een parochiekerk was, is vandaag een verstilde ruïne, opgenomen in het landschap als een litteken van eeuwen. Geen opsmuk, geen toeristische faciliteiten. Alleen stenen, stilte en geschiedenis.
De kerk, volgens lokale bronnen gebouwd in de elfde eeuw en deels herbouwd in de twaalfde, had een opvallend grondplan: twee schepen en twee apsissen, met een bredere zuidzijde. Deze asymmetrie weerspiegelt mogelijk een hiërarchie in liturgisch gebruik of een evolutie in de bouwfasen. Opvallend zijn ook de kleine, halfronde ramen en de sporen van romaanse boogstructuren, deels dichtgemetseld of ingestort.
Aan de gevel hangt een gedenkplaat voor Joan Saqués i Roca (1940–1995), die een leven lang streed voor het behoud van Catalaans erfgoed. Naast zijn naam staat een plaquette gewijd aan alle vrijwilligers “die met verbeelding en inzet dit erfgoed helpen bewaren”. Deze woorden geven de plek een tweede laag: niet alleen historisch, maar ook moreel waardevol.
Naast de kerk bevindt zich een klein gebouwtje met een houten deur, mogelijk een opslagruimte of kelder. Een bord vraagt met zachte klem om het gesloten te houden, ter bescherming van het interieur. De sobere eenvoud van dit detail zegt veel: hier wordt het verleden niet uitgestald, maar beschermd.
Het informatiebord op het terrein biedt een rijke historische context. De eerste schriftelijke verwijzing naar deze plek dateert uit 844, en in de eeuwen die volgden wisselde de kerk van functie, van parochie tot afhankelijkheid van grotere kloosters en uiteindelijk tot ruïne. Niettemin blijft Santa Maria de Requesens een tastbare herinnering aan de gelaagde middeleeuwse wereld van grensgebied, geloof en landbezit.
Wie deze plek bezoekt, betreedt geen monument, maar een fragment. Geen toeristische bestemming, maar een landschappelijke voetnoot. En juist daarin schuilt de waarde: deze ruïne leeft, zolang ze niet vergeten wordt.
La Mare de Déu de Palau
La Mare de Déu de Palau is een romaanse kapel in het gehucht Palau (Sant Llorenç de la Muga, Alt Empordà), erkend als cultureel erfgoed van lokaal belang. Gebouwd met perfect gekapte steenlagen, bestaat de kerk uit een enkele bepleisterde beuk met halfrond apsis, puntbogen en een elegante gevelklok met dubbele boog.
Historisch werd ze al vermeld in 878 als bezit van het klooster van Sant Pere d’Albanyà. Tot in de 14e eeuw bleef het een belangrijke niet-parochiale kapel met een eigen priester en jaarlijkse feesten op 8 september en Paasmaandag.
Sant Andreu de Gitarriu
Hoog in de heuvels van l’Alta Garrotxa ligt Sant Andreu de Gitarriu: een sobere romaanse kapel met wortels in de 13e eeuw, maar mogelijk ouder. Oorspronkelijk bekend als Sancti Andree de Guitarrivo (1228), ademt de plek geschiedenis. De naam ‘Gitarriu’ zou afgeleid zijn van een verdwenen riviertje of een Germaanse persoonsnaam.
De kerk heeft één beuk, een halve koepel, en een markante toegang aan de zuidzijde. Binnen leidt een smalle stenen trap naar een verhoogd koor; een zeldzaam overblijfsel van functionele herinrichting na epidemieën in de 17e eeuw.
Tot in de 15e eeuw was dit een parochiekerk. Daarna raakte ze geleidelijk in onbruik. Tijdens de Spaanse Burgeroorlog verdwenen beide klokken; één keerde terug in 1960, dankzij lokale steun.
Vandaag is Sant Andreu een plek van herdenking, natuur, eenvoud en erfgoed — gedragen door vrijwilligers en geschiedenis, tegen de stilte van het landschap in. En nog niet super toeristisch met wekelijks met moeite een handje vol mensen die het komt bezoen














